Hoe werkt de projectaanpak?

Dit is een samenvatting van de docentenhandleiding.

We beginnen met een belangrijke opmerking. Besparen is succesvol wanneer het thema een vast plekje op de agenda heeft van zowel schoolleiding, docenten als leerlingen. Dat betekent dat het enthousiasme van een projectdag moet worden vertaald naar herhalen, en nog eens herhalen. Een idee is om daarvoor een werkgroep in te stellen waarin alle betrokken partijen deelnemen. Dat groepje bedenkt steeds acties om gedragsverandering op een leuke manier op de agenda te houden.

De projectdag is als volgt opgebouwd:

  • De dag begint met een gezamenlijke Kick-off.  Hoe is het energieverbruik van de school nu? Kan dat beter? Scholen kunnen 5 tot 20% op de energierekening besparen.Dat kan door technische maatregelen, maar de meeste energie wordt bespaard door leerlingen en docenten zelf. Door het gedrag te veranderen.
  • Daarna bieden de deelnemende docenten in hun klas een basisles aan, waarbij leerlingen kennismaken met het doel van het project. Een aansprekend filmpje geeft de inhoudelijke onderbouwing voor alle acties rond energiebesparing.
  • Er wordt vanuit gegaan dat een deelnemende klas één thema aanpakt. Daarom volgt na de basisles een klassikale themales. Dit is een eerste kennismaking met het thema. Bij deze les hoort een werkblad.
  • Er worden vervolgens groepjes geformeerd, die op stap gaan in het schoolgebouw aan de hand van een thematische circuitles. De docent legt de circuitles uit en motiveert leerlingen om alvast na te denken over slimme maatregelen.De groepjes gaan zelfstandig op pad. Ze krijgen werkbladen met opdrachten en vragen mee.
  • Als de leerlingen terug zijn in de klas, gaan ze met hun groepje aan de slag met een verbeterplan. De bedoeling daarvan wordt uitgelegd door de docent. Vervolgens gaan de leerlingen in hun groepje brainstormen over maatregelen voor energiebesparing of verbetering van luchtkwaliteit. Ze kiezen een concreet doel. Hoe zorg je voor gedragsverandering? Dat is de grote uitdaging.
  • De leerlingen mogen het door hen bedachte verbeterplan pitchen in de klas. Elk groepje mag zijn eigen verbeterplan pitchen. Samen besluit de klas welke pitch het meeste kansen biedt.
  • Er komt vanuit elke klas een kansrijk verbeterplan. De betreffende docent neemt dit winnende plan mee voor overleg met de collega-docenten van dat leerjaar. Met elkaar kiezen zij per thema de 1 of 2 beste verbeterplannen. Deze plannen worden aan het einde van de dag in de aula gepresenteerd als speerpunt voor de hele school door de schoolleider.
  • Het uitvoeren van het verbeterplan gebeurt door de leerlingen zelf, afhankelijk van het plan kan dit worden voorbereid in lessen als handvaardigheid.

Dit lesmateriaal is ontwikkeld door logo CNF